Kampie.info

Reisverslag Zuid-India



Chennai

Chennai

Chennai (het vroegere Madras) is de op drie na grootste stad van het land en de hoofdstad van Tamil Nadu. Oorspronkelijk bestond Chennai uit een aantal gehuchten. Deze gehuchten smolten later samen tot één stad. Ondanks de enorme groei die de stad heeft doorgemaakt, is er in Chennai een tamelijk vredige sfeer bewaard gebleven. De ambiance van de stad is dan ook niet te vergelijken met die van Mumbai, Delhi of Calcutta. Door de ligging aan zee en de relatief ruime opzet is het centrum plezierig om te verkennen.

Of je nu door de mooie straten slentert of van het drukke strand geniet, er is altijd genoeg te zien. Chennai is ook een goede basis om een bezoek aan tempels in het binnenland voor te bereiden door een Bharata Natyam-dansvoorstelling bij te wonen en de kleine, maar fraaie museumcollecties te bekijken.

Het was de Britse koopman Francis Day die de stad in 1639 stichtte op het punt waar de Coolum en de Adyar samenkomen. Hij koos deze plek omdat de katoen er goedkoop was. De stad groeide snel, ook al was er geen haven en belande menig vachtje vanuit kleine bootjes door de zwarte branding in het water. In 1644 verrees er een fort en in de omringende dorpen waren circa 400 wevers voor de East India Compagny aan het werk. De textielhandel is nog steeds van groot belang voor de stad, evenals de leer- en autoindustrie.

In 1688 verleende Jacobus II de stad stadsrechten, de eerste in India. In die tijd telde de stad ongeveer 300.000 inwoners (Londen was in die tijd met 575.000 inwoners de grootste stad van Europa). al snel ontstond er een tweelingstad; de Europeanen woonden in Fort St. George, de Indiërs in Chennaipatnam ("Zwarte Stad"), dat in 1911, toen de Britse koning George V de stad bezocht, werd omgedoopt in Georgetown. Rond 1740 was de handel met India zo omvangrijk, dat deze 10% van alle Britse inkomsten opleverde en krachtig bijdroeg aan de welvaart van Engeland. Een groot deel van de handelsstromen liep via Madras, dat het zenuwcentrum van de Britse macht bleef tot aan de verhuizing naar Calcutta in 1772. De gevestigde handelaren lieten hun beroemde stucwerkhuizen buiten de muren van het fort bouwen. Madras was een relaxte en elegante tuinstad, verkoeld door een zachte zeebries. De Fransen bezetten de stad van 1746 tot 1749, maar de jonge generaal Robert Clive verpletterde hun troepen tijdens de Slag van Arcot in 1751. Daarmee bevestigde hij de Britse heerschappij in Zuid-India.

Ook nadat de Britten het zwaartepunt naar Calcutta verplaatsten bleef Madras een belangrijke stad. Om de hoofdstad van de provincie Madras een waardige zeeboulevard te bezorgen, liet gouverneur Grant Duff de schitterende, 5 kilometer lange Marina aanleggen. Het duurde niet lang of de waterkant werd verrijkt met een reeks fantastische gebouwen in de Indo-Moorse stijl. De Marina is nog steeds een van de mooiste zeeboulevards ter wereld en zeer in trek bij de inwoners van Chennai, die er een wandeling in de avondkoelte maken, sociale contacten onderhouden, van een vers geroosterd visje genieten of een verkwikkende duik in de golven nemen.